NAVO-chef Mark Rutte kreeg maandag tijdens een persconferentie in Den Haag pittige vragen over de Amerikaanse aanval op Iraanse nucleaire locaties. De aanval ligt wereldwijd gevoelig, maar Rutte wilde geen duidelijke kritiek geven. Dit leverde hem forse kritiek op, waaronder van een journalist van Al Jazeera, die hem "hypocriet" noemde.

Beeld: Jessy/NL nieuws - Tekst: Jessy
Tijdens een persconferentie voorafgaand aan de NAVO-top, vroeg een journalist van Al Jazeera waarom Rutte Rusland steeds als agressor in Oekraïne benoemt, maar niets zegt over de Amerikaanse acties in Iran. "Is dat niet hypocriet?" wilde de journalist weten. Rutte reageerde kort: "Ik ben het fundamenteel oneens met uw analyse." Hij ging verder niet in op de vraag.
De Amerikaanse aanval op Iraanse doelen zorgde wereldwijd voor veel kritiek. Sommige internationale rechtsexperts noemen deze aanval illegaal, omdat er volgens hen geen directe dreiging was. Toch gaf Rutte aan dat deze actie "niet in strijd met het internationaal recht" zou zijn. Die uitspraak roept vragen op en is juridisch niet onomstreden.
Iran kwam tijdens de persvragen vaak naar voren. Journalisten wilden weten of de NAVO militaire actie zou ondernemen als Iran bijvoorbeeld de Straat van Hormuz afsluit. Rutte bleef vaag: "Daar kunnen individuele landen misschien iets over zeggen, maar ik als secretaris-generaal niet."
Hij benadrukte meerdere keren dat de top vooral draait om de verdediging van NAVO-gebied en de oorlog in Oekraïne. "Alles wat ik over Iran zeg, leidt alleen maar af van het belangrijkste werk dat we hier doen."
Ondanks de vragen over Iran, bleef Rusland het hoofdonderwerp in Rutte’s verhaal. "Rusland blijft het grootste gevaar voor de NAVO," zei hij. Hij verzekerde dat de bondgenoten Oekraïne blijven steunen. De recente Russische droneaanval op Kyiv, waarbij zes mensen omkwamen, noemde hij een tragisch voorbeeld waarom die steun nodig blijft.
De NAVO-top in Den Haag is de eerste onder leiding van Rutte en volgens hem "historisch." De NAVO-landen hebben afgesproken om 5 procent van hun economie aan defensie uit te geven. Dat is een fors hogere norm dan voorheen. Over Spanje, dat eerder tegen deze afspraak was, zei Rutte: "Er zijn geen uitzonderingen. In 2029 kijken we hoe iedereen ervoor staat."