Oranje knokt zich dankzij Van de Beek naar remise tegen Spanje

Gepubliceerd op 12 november 2020 om 07:16

Het Nederlands elftal heeft ook zijn vierde wedstrijd onder Frank de Boer niet gewonnen. In de Johan Cruijff Arena hielden Oranje en Spanje elkaar in evenwicht. Zeker in de slotfase had de ploeg van De Boer nog een winnend doelpunt kunnen maken.

Net als vorige maand tegen Mexico koos De Boer voor een opstelling die voor de helft bestond uit spelers die in de Nations League-wedstrijden tegen Bosnië-Herzegovina en Polen vermoedelijk geen basisplaats zullen hebben. De andere helft zou halverwege gewisseld worden, om zo fit te blijven voor de duels waarbij het wél om de punten gaat, zo vertelde De Boer vooraf.

Dat plan kon na vijf minuten echter al de prullenbak in. Na een simpele terugspeelbal schoot het bij Nathan Aké in zijn hamstring, hij moest zijn twaalfde interland al vroeg staken en werd vervangen door Daley Blind. In de nieuwe samenstelling oogde Oranje vooral defensief kwetsbaar. Na een paar plaagstootjes profiteerde Spanje daar in de achttiende minuut van.

Álvaro Morata liet zich uitzakken en bediende de diepgaande Sergio Canales. Die profiteerde van een moment van onoplettendheid van Joël Veltman en schoot hard raak in de verre hoek. Het was de eerste tegengoal voor debutant Marco Bizot in Oranje: 0-1. In het restant van de eerste helft bleef Nederland achterin ruimtes weggeven, waardoor onder anderen Morata kansrijk was, maar ditmaal redde Bizot wel.

Oranje probeerde aan de andere kant de opbouw van de Spanjaarden onder druk te zetten, maar verder dan een tandeloos schot van Luuk de Jong kwam de thuisploeg niet. Nog geen twee minuten na rust was het wél raak. Invaller Davy Klaassen bediende Owen Wijndal, die vanaf de linkerkant voorgaf. De bal ging aan Calvin Stengs en Luuk de Jong voorbij, maar Donny van de Beek knalde hem bij de tweede paal diagonaal binnen: 1-1.

Die goal was de beloning voor een prima fase van Oranje, daarna nam Spanje het initiatief weer in handen. De ploeg van Luis Enrique kreeg grote kansen via Koke en Adama Traoré, maar verzuimde de trekker over te halen. Nederland bleef in de wedstrijd en werd steeds gevaarlijker, met name via Memphis. Na uitstekend werk van Stengs en Denzel Dumfries had hij de bal voor het inschieten, maar zijn inzet was te zacht, waardoor Unai Simón nog kon redden.

Memphis kreeg even later nog een mogelijkheid op de winnende treffer, maar opnieuw miste zijn poging venijn. Ook Luuk de Jong en de ingevallen Ryan Babel kregen nog forse mogelijkheden, maar de bal wilde er niet in. Spanje, waar Sergio Ramos nog inviel en zo zijn 176ste (!) interland kon bijschrijven, ontsnapte zo aan een nederlaag. Het betekent het derde gelijkspel in vier interlands van De Boer als bondscoach van Oranje.